vervolg van onze Baltische Reis, za.9 aug.

19 augustus 2014

Zaterdag 9 aug. Het heeft vannacht geregend, en flink ook, maar de dag is droog, zij het met grijze wolken. We hebben een vrije dag, besluiten om een stukje te fietsen naar een supermarkt(je) in het dorp Iecava, ;langs de weg zo’n 6 km. verderop, maar fietsen langs die weg vinden we levensgevaarlijk: er wordt hard gereden door personenauto’s maar ook de vrachtwagens. De alternatieve route is over landwegen, eerst noordwestelijk en dan noordoostelijk. Dat doen we dan maar, dwars door het platteland waar armoede troef is. De wending naar noordoost onthouden we doordat de afslag bij een lichtgroen geschilderd boerderijtje met één koe is. Het is toch wel een heel eind, en als we dichtbij zijn zien we dat we dichtbij de doorgaande weg zijn.. we wijken af, moeten door een landweggetje en over een sluisje naar de kerk.. Achteraf hadden we gewoon door kunnen fietsen naar de weg, waarlangs een fiets-en voetpad loopt. We doen onze boodschappen in de “Maxima” en worden door de cassière afgesnauwd, waarschijnlijk omdat we niet verstaan dat ze om kleiner geld vraagt. We fietsen weer terug en sneller dan verwacht zijn we er weer, waarschijnlijk omdat we op de heenweg een vals plat omhoog zijn gereden. De dag eindigt met een maaltijd in een kamertje van de camping, lekkere soep, een schotel vlees en aardappels met een beetje groente, vnl. gesneden kool, en koffie na met gebak: brooddeeg in een grote smalle hartvormige kring, met vruchtjes en stukjes chocola in het deeg en overgoten met suikerglazuur. Heerlijk, op eigen stoelen buiten in een grote kring opgegeten.

Zondag 10 aug. Van Zorgi naar Pärnu , v. 09.20.’t Gras is nog steeds nat, de reisbegeleiding vraagt ons, terecht, een beetje voorzichtig te rijden, anders is de grasmat zó maar een modderpoel. Het gaat allemaal goed, we rijden weer samen met P&N, die moeten nog even boodschappen doen in de grote Maxima vlak voor Riga, wij zullen samen naar het Openlucht-museum oostelijk van Riga gaan. We missen P&N meteen al, drie campers gaan ons voor, achter P&N, en een vrachtwagen gaat er tussen. We zien ze niet meer, rijden de route rond Riga, over de stuwdam in de Daugava, een prachtig uitzicht over het water en weer een warme dag. We stoppen bij een benzinestation, en A. sms’t Pieter. We rijden door, oostelijk van Riga moet het park liggen, en we missen de afslag; dan nog maar even door richting Riga. Daar volgen we de bordjes en komen zonder probleem bij het museum. Een volle parkeerplaats, en als enige mogen we van de parkeermevrouw gaan staan naast de ticketoffice in het gras, behoorlijk schuin. We zien de andere campers op het asfalt staan, A. moppert dat we daar ook wel kunnen, maar ach, parkeermevrouw was zo vriendelijk..  We lopen naar de kaartverkoop, korting voor bejaarden, wij dus, en net door het hek krijgen we een sms terug van Pieter. Ze hadden zich verreden en komen er aan. Samen gaan we door het park, er is een festival met heel veel kraampjes, van alles te koop. We bekijken veel kraampjes, kopen snoepjes en heerlijke kaas van rauwe melk, drinken onder een parasol een bekertje koffie met ieder een stuk plaatkoek, lekker, maar vólmakend. We bekijken nog wat huisjes, interessant maar niet beter dan het onze bij Arnhem. We gaan weer, nu weer samen. We rijden Dunte voorbij, waar ooit baron van Münchhausen zijn verhalen vertelde, en vervolgen de weg. In de routebeschrijving staat dat de weg langs de zee leidt, die willen we wel zien, maar alleen door de bomen schemert de zee, we kunnen er niet komen. Dan maar terug, in een oprit van een zandweg lozen we ons afvalwater, en eten we de lunch, en de zee zien we niet. Na een lange rit komen we aan in Pärnu, op camping Konse, A. 17.15, afg. 245 km., waar we, na loting, netjes allemaal naast elkaar op het asfalt staan. Het is goed weer, we hebben onderweg bbq-spullen ingeslagen dus wordt er ge-bbq-d bij P&N, gezellig, maar met veel , tè veel, vlees.   

Maandag 11 aug. Een dag om Pärnu te bekijken, een fietspad langs de rivier de Sauga, dat we eerst eens afrijden. We rijden ook even door het centrum, over de Rüüthe, vol met restaurantjes. Terug op de camping  lunchen we en gaan weer op de fiets naar het strand. Op de eerste plek aan het strand is het een “alleen voor vrouwen”-strand. Vrouwen van alle leeftijden, maar voornamelijk wat ouder en volumineuzer, zitten daar naakt.. Ik voel me behoorlijk misplaatst. We fietsen verder, want ik wil het beeld van de bekendste muzikant van Estland zien, die er naast het Kuurgebouw moet zitten… onvindbaar. Ik laat A. te lang alleen, en dan vinden we samen het beeld wèl.. Het dreigt te gaan regenen, en vlak bij de camping komen de eerste regendruppels. Buurvrouw Mia heeft onze was binnengehaald en al opgevouwen en de stoelen onder de camper gelegd. Als we in de camper zitten, regent het, maar zachtjes. Na het HH gaan we samen uit eten want per slot is ons  Robbemantsje jarig en daar kunnen we toch al niet bij zijn. Ieder gewapend met een paraplu gaan we in speedmars naar het centrum, en zoeken Nicolai, waarschijnlijk in de Nicolaistraat. En ja hoor, net even voorbij de hoek is restaurant “Nicolai Lehtla”, met een plaatje van tsaar Nicolaas. Daar zitten intussen ook al een stel medereizigers, maar wij gaan buiten zitten. Een salade voor ons tweeén als voorgerecht, en dan een zalmmoot, gegrild. Lekker glaasje wit erbij, heerlijk, en voor totaal €33,40. Het is intussen gaan regenen, zelfs spoelen af en toe, Anneke is al opgeschoven van tegenover me naar naast me, beter onder de luifel. Met opgestoken paraplu’s stappen we huiswaarts, nu niet in 22 min., maar in 27.                                             ‘s Nachts regent het hard, met onweer, en de volgende morgen staan er grote plassen op het asfalt.

Dinsdag 12 aug. Van Pärnu naar Salme, camping Tehumardi. P&N hebben alle gebouwen in Pärnu gezien en willen de Kuursaal en het gebouw van de modderbaden nog fotograferen. V. 09.20 u. We spreken af dat we elkaar bij de veerboot misschien wel zien. Het is weer mooi weer geworden, maar als we wachten bij de veerboot van Virtsu naar Kuivastu betrekt het en als we om twaalf uur de boot oprijden regent het. Tijdens de overtocht van een half uur plenst het af en toe van de regen, maar als we er zijn klaart het weer op: zonnig en lekker warm. We rijden over de dam van het ene eiland naar het andere naar Saare Maakond, en rijden dan de kustweg af. Een sms van P. waar we zijn, zij zijn nog op het andere eiland. Verder rijdend wil ik nou toch wel de zee zien, en sla op goed geluk een zand-zijweg in. Niet zo’n goed idee, bijna een km verderop eindigt het pad bij twee huizen; keren maar, en terug. Een heel eind verder  komt de aangegeven parkeerplaats, aan het strand. Meteen eruit, en kijken. Het is een verlaten strandje, met evt. kampeerplaats zonder iets, maar wel een toilet(vies!) en een kraan. Als je blijft word je gevraagd een euro per dag in de afgesloten bus te doen. Het is heerlijk weer, dus na de lunch zet ik de stoelen in het zand en liggen we lekker ruim een half uur te soezen. Maar we moeten wel door ( zal ik Harry bellen dat we pas morgen komen?—nee, maar niet) en we vervolgen de route, langs het museum van de molens, leuk, 4 molens op een rij, via de Kaali krater met een doorsnee van 110 meter, indrukwekkend, tot de camping. Hier blijven we twee dagen om uit te rusten, de beschrijving zegt dat we door het bos naar het strand kunnen. Ruime plekken, voor ons zelfs een héél ruime, zitten in de zon, en A. maakt voor P&N en ons nasi, met bijdragen door N. geleverd. Lekker gegeten, P. een flink bord vol, en koffie met een half gebakje, meer een zachte koek, toe. Nog even journaal kijken, en bedje toe. Na elven begint het te hozen en te onweren, de hele nacht door. We kruipen lekker bij elkaar. 

Woensdag 13 aug. Een vrije dag op de camping Tehumardi, bij de zee. Het veld staat blank, maar ’s ochtends om 10 uur is er de gezamenlijke koffie met gebak door de vier jarigen, en daarna gaan we net voor onze lunch, toch even een stukje fietsen, ter verkenning. Het is weer zonnig, met Hollandse wolken. Er is niet veel te verkennen, een winkeltje waar we nog wat voorraad halen, en de zee, moeilijk te bereiken vanwege huizen aan de zee. Geen mooi strand om te zwemmen en veel wind. Valt allemaal een beetje tegen. Gaan we terug, ja, om te lunchen, dan fietsen we vanmiddag weer. Daar komt helaas weinig van, we zitten lekker in de zon en als we eindelijk zo ver zijn komt er een enorme wolkenlucht; een kwartier later spoelt het. We zitten binnen, tot de borreltijd om 5 uur ter gelegenheid van de jarigen. Die vindt plaats in een achthoekige houten zaal met in het midden een grote open haard, waarboven een rook kap met een bijna meter dikke laag veldstenen eromheen, om de warmte op te vangen. Niet dat hij brandt, hoeft ook niet, het is nog warm genoeg, maar ’t ziet er mooi uit. Ik neem voor het eerst mijn klarinet mee, en moet weer erg wennen, dus neem ik me voor morgen nog wat langer “ in” te blazen, en voortaan vóór de reis beter te studeren, het is veel te roestig allemaal. Roel Petstra speelt aardig gitaar, en samen met een paar zangers maken we er wat van. Om zeven uur terug naar de camper, snel wat eten, want om half acht moet er boule gespeeld worden. Dat gaat wegens de regen niet door, dus blijven we binnen. Ik werk het verslag bij, nu weer even helemaal bij, nu vanavond nog versturen.

Donderdag 14 aug.  P&N hebben ons uitgenodigd om mee te rijden naar het Bisschoppelijke kasteel in Kuressaare om dat te bekijken. Van een afstand ziet het er best authentiek uit, rechte kantige torens en eenvoudige puntdaken. Binnen de ringwal blijkt al gauw dat het hele kasteel veel later weer is opgebouwd, mooi gedaan, maar een beetje té. Bij de toegangspoort hangt het (houten) valhek aan de buitenkant, maar het lijkt leuk. De keldergewelven zijn ingericht als natuurmusea, en geologische informatie, des te hoger je komt des te meer prehistorie en historie, èrg aardig, maar niet al te veel Engelse informatie. In de uitkijktoren klim je steeds hoger, tot en met een tentoonstelling over de sovjet-tijd, die ik toch veel te positief over het regime vind, met weinig of geen kanttekeningen; ik loop er dan ook snel langs, we zijn al bijna twee uur aan het rondkijken, en de bovenverdieping belooft ons koffie, en omdat A. al wat hongerig wordt, ook een cup cakeje. Na de koffie lopen we weer naar beneden en er uit, we hebben vanmorgen al afgesproken dat we dan ergens zouden lunchen. Dat wordt niet in het centrum(pje) van het stadje, da’s te ver lopen; vanaf de toegangsbrug naar het kasteel konden we de parasols van een restaurant al zien. Dát is het doel, het ziet er van binnen mooi uit, houten plafond, glas in lood- stukjes in de ramen, en nogal luxe. Toch vallen de prijzen wel mee, er is vis van de dag, Anneke kiest een filet (“tench”, toch eens opzoeken!) Pieter een “perch” en Nel en ik allebei iets onbekends ( “gobyn of “goben”), dat scharretjes blijken te zijn. Lekker glaasje wit erbij, € 25,- per stel.. kom daar eens om in ons land.  Na de maaltijd, het is intussen kwart over drie, en om vier uur begint het jeu-de-boule, dus nog stevig doorjassen om op tijd te zijn. Een gezellige ochtend en middag. Net als we in de camper zijn begint het te spetteren, en tien minuten later regent het gewoon voluit.. niet hard, maar je wordt èrg nat. Uitstel tot vijf uur, en dan komt er niemand opdagen vanwege de regen die maar doorgaat. We drinken koffie en lezen.. Om zeven uur worden we verwacht bij de maaltijd in hetzelfde gebouw als waar we gisteren waren. De lange tafels zijn mooi gedekt met water- en wijnglazen, twee meisjes bedienen ons, eerst wijn halen. Als ik met onze twee glazen kom is het rood al op, en ik neem dan maar een rosé en een wit mee. A. is er niet blij mee, eigenlijk knap knorrig, “als je niet vooraan in de rij staat kom je er niet meer aan te pas..” De soep wordt opgediend, best lekker maar wat lauw, daarna een bord met flink wat aardappels, zuurkool en een plak vlees, volgens A. kalfsvlees, èrg lekker. Het toetje staat al op tafel, een glas met room, slagroom(?) gemengd met kruiden, lekker van smaak maar het voelt nogal zanderig.. ècht Eests. Dan komt de volksdansgroep die ons zal vermaken, allemaal oudere vrouwen; een aantal weet hoe ze bewegen, het grootste deel van de dames doen hun pasjes. De wat jongere leidster betrekt onze groep er ook bij, heel verstandig eerst de vrouwen, en later doe ik ook nog mee. Dan zijn we voor de koffie uitgenodigd bij P&N, dat doen we en later heb ik nog een half uurtje om in dezelfde zaal, waarvan ik de plaats van de sleutel van de reisbegeleider heb gekregen, een poosje te blazen. Dan weer terug naar honk waar A. lekker zit te lezen , en om half elf naar bed. Morgen rijden we voor onszelf, net als P&N, op voorstel van Nel.

Vrijdag 15 aug. Van Tehumardi naar Haapsalu. 165 km. V. 10.10. P&N zijn al een uur eerder vertrokken, vreemd, gezien het feit dat ze altijd opteren voor half tien tegen wij om 9 uur. Het weer is zonnig, het heeft vannacht nog weer geregend, en ’t is overal nat. Wolkenluchten te over..                   Omdat we pas half acht wakker werden, zijn  we wat later. We doen de gewone dingen, rijden met zon naar Kuresaare om nog even fruit in te slaan bij de Maxima. Op het parkeerplein is het markt, allemaal non food, en we lopen zo naar binnen. Vlees en vis en gebak…wat een verleidingen. We doen er weer veel te lang over, maar verlaten het pand uiteindelijk toch..mèt een stukje plaatkoek met rode en blauwe bessen…het was sterker dan wij. Dan op weg, via weg 10 naar de dam tussen de eilanden. Op 50 km drinken we koffie, en het stòrtregent om ons heen. Later krijgen we nog een paar buien, wat minder hevig, tot bij de boot naar het vasteland. De vorige boot is net weg, drie stel medereizigers zitten op onze boot, en allemaal hebben ze nog iets bezocht, o.a. de krijtrotsen.. wìj kunnen ze weer niet vinden op de kaart. Na de boot eten we onze broodjes, in alwéér regen, en rijden de route verder. We komen nog niet eens als laatste aan, loten een mooie plaats , zonder tv-beeld , helaas.       Ak. in Haapsalu15.45. afg. 165 km. Een simpele camping, we drinken thee en omdat het toch goed weer is haal ik de fietsen uit de garage. Het naar verluidt aardige centrum is ruim drie km. verderop, we rijden even om de Maria Magdalenakerk, een oosterse kerk waar we morgenavond naar een concert van een oosters koor willen. Terugkomend zit ieder aan de borrel, wij eten een kopje soep en een boterham met omelet, en dan zijn we weer klaar. Verplicht lezen en dagboek bij houden; iets anders is er niet, geen ontvangst op de schotel. En alweer is het zo snel donker en 10 uur.

Zaterdag 16 aug. Een mooie dag, we gaan fietsen, net als zoveel anderen. We rijden eerst weer naar het oude centrum, waar P&N de camper hebben neergezet, lopen was te ver, en we wijzen hen op het water van de haven, met oude houten gebouwen aan het water. We rijden langs de waterkant verder, proberen zo ver mogelijk te komen en bereiken het einde van één van de twee landtongen, waar de boten van de kustwacht liggen. We gaan terug, vinden de overgang naar de andere landtong, maar kunnen al gauw niet verder: privébezit, achter een hek. Nog even naar het strand(je), waar het voor ons toch te koud zou zijn, maar een paar oudere dames hebben daar geen bezwaar in gezien, die hebben “gebaad” en gaan met handdoeken om terug naar hun auto. Wij gaan ook terug, komen langs de Tourist info waar we kaartjes voor vanavond kopen, de mevrouw achter de balie kwam tot haar verrassing tot ontdekking dat zijzelf de kaartjes moest verkopen. We rijden nog even langs het vroegere station, het is nu een treinmuseum, maar gaan er niet in, het gitaargejammer van de muzikanten van de daar vanavond optredende rockband is ons teveel. Naar huis, thee gedronken en vroeg gegeten, en gaan om kwart over zeven weg, waardoor A. de plotseling ingelaste jeu de boule mist, omdat het nu even droog was.. Dat was echter van korte duur, want onderweg op de fiets krijgen we een plensbui over ons heen waarvoor we wel moesten schuilen. Daardoor is het al gauw later dan je denkt, 10 min. Voor aanvang zijn we er en moeten dan nog…  plassen, kan helaas niet in de kerk. Dat hou ik heus geen anderhalf uur uit, zie een priester en vraag die of er geen oplossing is.. Ja, in het priesterhuis mogen we naar de wc. Ons plaatsje is alweer bezet, ander plekje gezocht. Zes zangers, 3 mannen drie vrouwen, het klinkt geweldig. Dit is een Oosters koor, het zingt in de Russisch-Orthodoxe kerk, een klein kerkje, vol en warm. Het concert duurt een uur, alles direct achter elkaar. Er was een in leiding van de priester, maar ons Eestis was nog niet toereikend, en halverwege een toelichting van de dirigent en oprichter (het koor bestaat al 25 jaar) in misschien wel Russisch, maar anders toch ècht Eestis, even onbegrijpelijk. De laatste stukken, dat konden we wel begrijpen, met hulp van het programma, waren héél modern, en van Arvo Part , een bekende Baltische componist van koorwerken. Dan naar huis en de fietsen inpakken voor de reis van morgen naar Tallinn.

Zondag 17 aug. Van Haapsalu naar Tallinn. 115km. V. 09.30. Het is weer mooi weer als we vertrekken, wel veel wolken en stevige wind. We volgen een soort van kustweg, maar blijven zo ver van de kust dat we die in elk geval niet zien. Onderweg bij Padise komen we de resten van een Cisterciënzer klooster tegen, dat in de 16e eeuw al verlaten was en half afgebroken, maar langzamerhand zijn ze het hier aan het opbouwen. Er wordt hier ook een festival gehouden, weer met kraampjes  met allerlei spullen. We hadden misschien iets later moeten zijn, want P&N die vandaag ervoor kozen om zelfstandig te rijden, en wat later waren dan wij hebben daar een groot stuk zalm gekocht, waar ik natuurlijk een beetje jaloers op was. We waren tegelijkertijd in een openluchtmuseum bij Tallin, dat merkwaardig genoeg Rocca al Mare heet, en dat voor de afwisseling nu wèl eens een flinke hoeveelheid achtergrondinformatie in het Engels had. We maken een nogal lange wandeling door het park, bekijken verschillende huisjes, waarbij het verschil in woning tussen een “serf “ en een “landed peasant” al heel duidelijk wordt: wie geen land bezat leefde ook hier van de werkjes die anderen hem toeschoven. Eén koe en wat kippen, honger voor het hele gezin, net Bonne’Saak uit Mûnein. We lopen nog even naar het schooltje, de meester had het best goed, er zijn een paar fransen met kinderen, die roepen : “Ah, a l’ époque!” net als Maria    (van Kees) dat deed. Samen met P&N staan we in de rij voor het loket om iets te drinken, want we hadden het flesje water natuurlijk weer niet bij ons. Dan spreken we af dat we samen door Tallinn zullen rijden, onze Snoep doet het hier normaalweg goed. Zo gezegd, alleen laat ze ons op een splitsing weer in de steek, en rijden we bij de kust, die we af en toe zien, weer in de steek. We moeten bij de jachthaven zijn. Maar ze herstelt zich, wij moeten alleen wel weer omkeren, en dan rijden we zo naar de haven, door kuilen weliswaar, want het asfalt is sinds er hier Olympische spelen zeilen werden gehouden niet meer onderhouden. We melden ons en krijgen een plaatsje aan het eind van de rij, we zijn per slot ook nummer laatst, 19. Maar we hebben een mooi uitzicht. Het is nog steeds zonnig al waait het hard, drinken een kopje thee tussen de campers, en om 5 uur weer even een bijeenkomst. Harry vertelt over de medereizigers met pech, twee campers met hetzelfde probleem, een lampje dat maar blijft branden… Bij een ervan heeft het probleem zich zelf opgelost, de ander is al eerder vooruit gereden naar de dealer in Tallinn. We weten nog niet of het probleem nu is opgelost, als de camper hier moet blijven, want er is een gerucht dat er een nieuwe printplaat uit Nederland moet komen, kunnen ze met anderen meerijden naar Toila waar de campers blijven staan in de tijd dat wij naar St.Petersburg gaan. Dan zou in die tijd de motor gemaakt kunnen worden… Wat een puinhoop als je zó op reis moet, een camper van 2 jaar oud. We kloppen het af, we hebben nog niks gehad, motorolie genoeg, op tijd diesel tanken.                                                                                                      We eten onze gewone lekkere macaroni, en een glaasje wijn, “wat hawwe wy it wêr goed net? “ De avond schiet weer voorbij, voor je het weet is het bedtijd.

Maandag 18 aug.

Vandaag hadden we afgesproken, P. kwam dat gisteravond nog overleggen,  dat we samen met de bus, een kwartiertje rijden, naar de oude stad zouden gaan. Dat deden we dus vanmorgen, half elf. We hadden stevige schoenen en paraplu’s bij ons, want je weet maar nooit. En nadat het heel lang, ondanks de harde wind, best zonnig weer was geweest, begon het om half vijf te regenen, dus hebben we ons de luxe van een taxi aangemeten, anders waren we drijfnat bij de camper gekomen.

Een mooie stad, de laatste jaren heel veel hersteld dat kapot was, mooie oude en vernieuwde gebouwen, opnieuw opgebouwde oude gebouwen, soms wat te mooi, maar leuke straatjes en (toch wel prettig) heel veel terrassen. We dronken eerst koffie in een restaurant dat nèt open was, 10 uur is de openingstijd, en planden de dag. Wandelen in een langzaam tempo, want Nel heeft last van spit, naar het Raekojaplats, het Raadhuisplein. Daar kijken naar de oude Apotheek, die was natuurlijk dicht op maandag, toch een blik geworpen en door de straten met o.a. ook een Zwartkoppenhuis, en een gebouw met beelden van koning Knut van Denenmarken en Maarten Luther. Langzamerhand scharrelen we naar de poorten aan de noordkant van de stad, waar de brede toren Dikke Margaretha heet. Langs de Olavskerk, waar ik net orgelmuziek uit hoorde komen, nu natuurlijk niet meer. Dan begint het hier en daar in de magen te rommelen en  gaan  we ergens “een hapje” eten. Terrassen zijn er niet veel, dus kwamen uiteindelijk terecht op een klein terras dat heet “Hermitage”, wel leuk en toepasselijk lijkt het ons, omdat we over een paar dagen naar Petersburg gaan. Het was koud op het terras, ik zag A.  al verkouden worden en op mijn aan- dringen gingen we naar binnen en kwamen terecht in het hotel St. Petersburg, waarvan het restaurant dan weer Nevski heet ( kun je het nog volgen, mama al niet meer, waar we in een super-de-luxe omgeving met art deco een lunch van eend aten, alle vier, en wij een glas wijn van 6 euro per stuk erbij, was wel erg lekker. ’t Was zoals gebruikelijk bij dit soort restaurants, n.m.m., ook niet al te véél, maar we zaten een uur lekker warm en goed. Kostte ons ( O en ik) 48 euro, maar leuk om een keertje te doen. We liepen verder, we moesten de Hoge Stad nog doen, verschillende kerken en gebouwen, de Alexander Nevsky kathedraal , met een heel mooie iconostase en Lange Herman, ronde torens van de middeleeuwse verdedigingswerken, en de Domkerk, en zoals gebruikelijk blijft P af en toe achter om foto’s te maken. Met z’n drieën lopen we door, ik loop nog eens terug om te kijken waar hij blijft, en zie hem langzaam onze kant op wandelen. Hij slaat een straatje eerder af, en verdwijnt. Ik vertel Nel waar hij gebleven is, en dat we hem dadelijk wel weer zien. Nee, ze gaat hem opzoeken. Had ik nooit mee accoord moeten gaan, want in het volgende uur waren we haar kwijt en Pieter vonden we binnen 5 minuten want die ging zoals afgesproken, naar de St. Nicolai kerk, die overigens dicht was. Het volgende uur besteedden we aan het zoeken van Nel, die, dat wist ik al, weinig richtinggevoel heeft, en die we uiteindelijk op een terras vonden op het Raadhuisplein, genoeglijk met een paar medereizigers aan een tafeltje en de thee, zoals Pieter al had voorspeld. Ze wist niet meer hoe ze gelopen had, ook niet met kaart.. Dit is Pieter al eens eerder overkomen, en hij belde toen de politie, maar een half uur later had ze de weg toch gevonden, geholpen door mensen op verschillende plaatsen; ik zou ècht ongerust worden als ik O niet bij de camper zou vinden, maar die kan gelukkig wel kaartlezen, en als navigator is ze nog steeds onmisbaar. In de camper hebben we onszelf getrakteerd op een gebakken ei, en koffie, óók erg heerlijk.  Maar onze konditie vind ik best goed, we horen zeker niet tot de jongsten van de groep maar doen aardig mee. Nel kan/durft niet meer te fietsen, dat is jammer, want Pieter kan het nog wel. We wandelen alleen te weinig en te langzaam, maar fietsen als het kan, eergisteren nog.

Met de taxi terug, taxi besteld door een meisje van het restaurant-terras waar we zaten, Jan en Trees, die op Nel pasten, gingen op de fiets terug en zijn drijfnat geregend. Het regent nog steeds, maar niet zo hard meer, en ik lees de berichten van email en antwoord. En al wéér is het half twaalf.

Dinsdag 19 aug. Het heeft vannacht af en toe geregend, maar nog steeds harde wind. Als ik wc ga legen, een lange tippel, regent het ook weer. Er valt niks te beleven, zelfs het nieuwsbord bij Harry en Elly hangt er niet. Als ik er naar vraag, vertelt Elly me dat de medereizigers-met-pech, die hier al waren, per telefoon hebben verteld dat ze het opgeven en naar huis willen: dat is wel zonde, niet naar St. Petersburg, in Toila is een hotel voor hen geregeld, en in die dagen zou hun camper toch gemaakt kunnen worden.. Wat hun eindbeslissing is, ik weet het niet.

Woensdag 20 aug. Van Tallinn naar Toila. V. 09.30. Weer om 7 uur op, afvalwater weg, wc nog even legen, P&N zijn nog niet zover, maar P zegt dat ze het prima gaan redden. We hebben niet veel zin in allerlei bezoeken, er is een waterval dichtbij, die we missen omdat snoep te laat waarschuwt, het volgende is een groot huis, “mansion”, Palmse Moïs, maar we denken dat we al een paar huizen hebben gezien.. Dit was niet zo handig om te missen, anderen ook P&N zeggen dat het echt de moeite waard was, vooral ook vanwege de omgeving. Jammer, maar helaas. We willen wel de volgende waterval, waar het water van de hoge kust naar zee valt, de Valaste-waterval zien. Er is een stalen trap naar beneden, die is verderop afgesloten, en aan de andere kant een pad, dat veel te steil is. Van bovenaf kun je het water wel zien stromen, maar het vallen zelf is niet te zien. We kijken een poosje en gaan door naar Toila, af en toe vlak langs de kust, maar weinig plekken waar je zo van bovenaf de zee kunt zien. We bereiken Toila en de camping, goed en netjes, om15.30 . We staan in een rijtje, alleen onder een boom, dus deze dagen geen tv voor ons, ook al niet erg. Om 5 uur weer een bijeenkomst, P&N zijn te laat, komen binnenrijden als we de info over morgen allang gehoord hebben. Ze waren op een bepaald moment de weg kwijt, de routebeschrijving is ook zeer matig. We praten wat na, morgen al weer vroeg op, de bus naar St.Petersburg vertrekt om 8 uur.  Nogal wat medereizigers gaan in het buffetrestaurant eten, maar wij hebben nog gehakt en dat moet op.

Donderdag 21  aug. Als ik van de douche terugkom staat de bus er al: een oude  uit Nederland, waar “de Jong Intratours” nog op staat. We melden ons na ons ontbijt met onze tassen, en dan krijgen we de zelf in te vullen kleine formulieren waarop onze gegevens voor Rusland moeten worden ingevuld. Het duurt tot over half negen voor we eindelijk weg zijn, de chauffeurs ( er zijn er twee, en één van de twee schijnt leerling te zijn, allebei heel dik, Ed en Willem Bever, hoorden we al zeggen)) weten kennelijk niet hoe ze moeten rijden. Naar Narva, de grensplaats, waar Bas van der Plas, onze gids voor vier dagen, instapt. Dan naar de grens, waar de formaliteiten samen meer dan twee uur duren: in de bus paspoorten laten zie, uit de bus met eigen bagage en paspoort langs loket voor een stempel, afgeven van dubbele formulier, krijg ene helft van formulier terug, met in paspoort een inreisstempel, doorlopen en weer in de bus stappen, stukje verder weer in bus paspoort laten zien vanwege controle van de stempel. Een heel gedoe dus, waarbij lijnbussen voorrang hebben op andere bussen, dus er gaan er een paar ons voor. Daarna nog bijna anderhalf uur in de bus voor we bij het restaurant in een van de voorsteden zijn waar de lunch voor ons klaar staat. Die lunch staat er al ruim een uur, want we zijn behoorlijk laat, ook al omdat het verkeer razend druk is, en Russen rijden als zelfmoordenaars. Dus flink na drieën vertrekken we weer, op weg naar het hotel. Omdat de chauffeurs de weg niet weten en omdat er veel straten met eenrichtingverkeer zijn, duurt het tot half vijf voor we bij het hotel zijn. Daar leveren we onze paspoorten in, en krijgen een kamerkaart. Onze paspoorten laten we bij de receptie, die kunnen we zondagmorgen weer vragen, en intussen blijven ze daar in de kluis. Onze kamer is een eind weg op de tweede etage, maar dat is naar onze begrippen de eerste. Over een half uur neemt onze gids ons mee naar het metrostation op de Nevsky Prospekt, waar we munten voor de metro gaan kopen, en waar hij ons zal vertellen hoe je met de metro reist. De metro is spotgoedkoop, een muntje is genoeg om de hele dag in de metro te blijven, maar als je eruit wilt, en daarna er weer in kost dat weer een muntje, van 28 roebel per stuk.     Die Nevsky Prospekt is meer dan 10 km. lang, en echt heel erg druk; volgens Bas is het hier altijd “pantoffelparade”. We doen een rondje om het plein op de kruising van Nevsky Prospekt en Likovsky Prospekt. Precies op de kruising, op het Vosstanyaplein, staat een naald met daar bovenop een ster: waarschijnlijk ter ere van het feit dat in WOII de stad niet veroverd is. Aan een van de zijkanten staat het Moskovskiy Station, waarvandaan de treinen naar Moskou vertrekken. We nemen er een kijkje, het is een mooi gebouw als je Neo Classicisme mooi vindt, en maken er wat foto’s o.a. van het grote borstbeeld van Peter de Grote. Ons hotel staat er vlak bij, hotel Oktyabrjskaya  aan de Likovsky Prospekt, dus helemaal in het centrum. Daardoor wordt het bekijken van de stad een kwestie van uit je hotel lopen en kijken. We vinden het al gauw welletjes, het is hier ook al weer een uur later dan in Estland, dus kopen we nog even een fles water en gaan naar de kamer. En voordat we alles een beetje op z’n plaats hebben vallen we om van de slaap; nog even douchen en dan…  

Vrijdag 22 aug.  De wekker op 7 uur, want 9 uur moeten we klaar staan in de hal. Daar maken we kennis met Vera en Anna, onze beide gidsen voor vandaag en morgen. Ze spreken beiden nederlands, maar Vera  die het woord doet en van alles vertelt onderweg over de gebouwen en standbeelden waar we langs rijden, spreekt het nog het minst. Dat is niet erg, maar ze herhaalt zichzelf vaak, en heeft bovendien een schelle stem. We rijden met de bus naar Tsarskoje Selo, ook wel Poesjkin, waar de zomerpaleizen van Catharina I, Elisabeth II en Alexander liggen. Het is alweer druk op straat, we worden door veel bussen ingehaald, teken dat de chauffeur nog veel moet leren. Als we uitstappen worden we in twee groepen verdeeld, waarbij wij bij Anna worden ingedeeld, en dat bevalt ons wel. Langs het oude gymnasium gaan we naar het zomerpaleis van Catharina. Het is een  sombere dag, af en toe regent het een beetje, maar we lopen het plein voor  C’s paleis op en daar staat een kapel van oude mannen in mooie uniformen te spelen. Op de melodie van een deel van de Notenkrakersuite maken ze pasjes, heel leuk om te zien. We lopen naar binnen en we worden rondgeleid in een overstelpende hoeveelheid goud aan muren en plafonds, witte muren en vergulde barokversieringen. De grote zaal heeft een effect van de Spiegelzaal in Versailles, aan beide lange zijden ramen èn spiegels, dus het weerspiegelt overal. We lopen over grote trappen en door allerlei appartementen, je kijkt je ogen uit naar zo’n overstelpende pracht en praal. Geen wonder dat in de 19e eeuw er de ene na de andere opstand uitbrak. We bekijken ook de paleizen van Elisabeth en Alexander, iets minder groot, maar net zo “overdone” . Daarna lopen we de tuinen in, de baroktuin van Elisabeth, en de Engelse tuin van Catharina: dat alles ter meerdere glorie van één persoon. Gelukkig is alles nu staatseigendom, en kunnen gewone mensen al bijna 100 jaar er een kijkje gaan nemen. Onze wandeltocht eindigt in het Engelse huis aan het meer, waar we koffie drinken, niet echt goedkoop, maar meer dan lekker. Daarna zoeken we de bus weer op, en het valt ons op dat er zoveel militairen rondlopen. Achteraf blijkt dat het “de dag van de vlag “is, een nationale feestdag.                                       Om ong. 14.00u zijn we weer terug in de hal, waar Bas op ons wacht om ons mee te nemen naar een Subway voor een broodje; dat gaat het snelst met een groep, in andere restaurants kunnen ze een groep van 35 mensen niet aan, dat zou veel te lang duren. De broodjes zijn best lekker, de koffie is wat minder, maar warm. En dan gaan we weer wandelen. Zoals in iedere groep lopen de voorste mensen een normaal tempo, terwijl wie achteraan loopt steeds stevig door moet lopen om bij te blijven. We zijn begonnen door met de metro één halte ver te rijden. De roltrap van de metro brengt ons naar een diepte van 100meter; ze is zo diep omdat Petersburg in een moerasgebied ligt en dus slappe bodem, daar is men onder gaan graven. Weer uit de metro lopen we op de Nevsky Prospekt, waar het verschrikkelijk druk is met wandelaars, maar ook met auto’s, erg veel grote bakken, zwart met donkere ramen, en van merken die bij ons nauwelijks voorkomen. Zodra een stoplicht op groen gaat, rijdt de meute met bijna gillende banden weg, alsof ze op het circuit van Zandvoort rijden. Benzine is hier naar onze begrippen goedkoop. We lopen naar de poort die toegang moet geven tot het plein voor het Winterpaleis, maar we mogen er niet door, alles afgesloten behalve voor militairen. We moeten omlopen , een stukje terug en dan langs het water, en dan weer linksaf naar het Dvortsovayaplein, het plein met de Alexandernaald. Het plein, heel groot, is afgezet met poortjes, waar je wel doorheen mag. Vlak voor het paleis staat allerlei militair geschut opgesteld, met o.a. ook een Stalinorgel. Militairen passen erop, en kinderen, vooral natuurlijk jongetjes, mogen er op klimmen: kennelijk een feestdag voor het leger. Aan de andere kant van het plein, voor de grote poort met daar bovenop een soort van kopie van de paardentoestand boven de Brandenburger Poort, staat een enorm podium, waar een band speelt, en een zanger begeleidt die  allerlei liederen zingt. Het geluid is enorm hard, het schalt over het plein. En na iedere nummer applaus. We blijven kijken en luisteren, maar dat is niet volgens programma.. We gaan pas weg als er een violiste gaat spelen (lang niet altijd zuiver) en het geluid is veel te schel. Op het podium wordt dan een dans uitgevoerd… maar wij moeten verder. De gids wordt wat ongeduldig, maar begrijpt ook wel dat zo’n happening voor ons nogal bijzonder is. We wandelen verder, over de Brug van de Zangers, die de gebouwen waar de muzikanten van de tsaar woonden verbindt met het Hermitagegebouw. Er is een hekwerk dat openstaat, en ik meen daarin het hek te herkennen dat in de film van Eisenstein over de opstand figureert: opstandelingen die over het hek klimmen en doodgeschoten worden. Later vraag ik of dit het bewuste hek is, en de gids bevestigt het! Maar, zegt hij erbij, die scène is bedacht door Eisenstein, de opstand heeft hier nooit plaatsgevonden. Dat weet ik wel, maar hij had wel wat toeschietelijker kunnen zijn toen ik het vroeg bij het doorlopen. We wandelen een aantal poorten door onder grote gebouwen waar vroeger veel mensen woonden. Tegenwoordig zijn de gebouwen afgesloten, vroeger had je die poorten (Dvors) overal. We komen uit bij de Verlosser op het Bloed-kerk, die geen kerk is maar een monument ter ere van tsaar Alexander I die bij een moordaanslag zwaar werd gewond en stierf in de Hermitage. Zijn zoon en opvolger liet dit gebouw dat er van buiten als een kerk uit ziet bouwen ter nagedachtenis aan zijn vader. We lopen er om heen, zien dat het gebouw nergens symmetrisch is, behalve als je kijkt vanuit de tuin. Ook het bijzondere hekwerk bekijken we, het mooiste smeedijzeren hekwerk van de stad. Hier zie ik ook twee muzikanten, tenor en altsax spelen, die samen prachtige muziek maken. Het zijn de eerste straatmuzikanten die ik zie, afgezien van de figuur die aan de andere kant van de kerk op zijn zingende zaag speelt, begeleid door een cd opname. Verder, door de straat met in het midden een wandelparkje, die er nogal shabby uit ziet, maar die voorbestemd is om een dure winkelstraat te worden. Verder door de Zweedse buurt, en door het parkje van de Cultuur, zo genoemd omdat de vroegere paleizen nu museum zijn, en het Theater van Alexander nu een opera-theater. Even verder ligt het theater voor operettes, en musicals, dus de naam is niet uit de lucht komen vallen. In het midden staat het standbeeld voor Poesjkin. We steken schuin over en lopen door de vroegere Italiaanse wijk en slaan dan  plotseling af en gaan door de Passage, net als in Den Haag vol met etages dure winkels, en een dak van glas. Dan komen we weer uit op de Nevsky Prospekt. De gids neemt ons mee langs de buitenkant, en de achterkant van een enorm warenhuis, en zo zijn er een aantal van in de stad. De voorkant bekijken we niet, zegt hij, dan komen we niet verder. We slaan linksaf, en komen bij een bruggetje dat vroeger diende om twee banken met elkaar te verbinden, zodat men makkelijker van één bank naar de andere kon gaan. Het is versierd met enorme griffioenen, en heet dus nu de Griffioenenbrug. Dan begint het te regenen, het dreigde allang, en binnen de kortste keren is het een complete wolkbreuk. We schuilen onder paraplu’s, het helpt weinig, en als het een beetje mindert leidt Bas ons naar de Kazan-kathedraal, in bouw een copie van het plein en kerk St. Pieter in Rome. Daar is de dienst net begonnen, we luisteren naar de liturgie met zang van een klein koor, dat ik eerst niet zie maar later ontdek hoog in de kerk op een balkonnetje. De kerk is beroemd omdat er een ikoon hangt, links van de doorgang in de iconostase, dat er voor heeft gezorgd dat Napoleon in 1812 werd verslagen. Er staat een enorme rij mensen voor die allemaal de icoon willen kussen. We zijn  intussen een beetje opgedroogd, het is buiten weer zonnig, en we gaan via een zij-uitgang naar de metro, waarna we met een groepje bij “de chinees” gaan eten. Na een kleine vergissing doordat we bij een Japans restaurant aankomen, komen we terecht bij restaurant Ni Hao, waar we lekker eten, zij het voor sommigen wat àl te heet. Na het eten terug naar het hotel, waar een aantal van ons nog een afzakkertje neemt, en gezellig bijpraat. Een mooie, drukke, vermoeiende dag.                   

Zaterdag 23 aug. Er is afgesproken dat we om kwart voor 11 bij de Naald van Alexander voor de Hermitage zullen staan, om te wachten op onze gidsen Vera en Anna. Gelukkig wordt er vandaag voor “oortjes” gezorgd, anders zouden we Anna niet allemaal kunnen verstaan. In straf tempo neemt Anna ons mee door de Hermitages, de Grote, de Kleine en de Nieuwe. Welke wèlke is weten we nog steeds niet, maar de paleizen zijn Een Enorme Collectie van kunstvoorwerpen, versieringen in goud en schilderijen uit allerlei perioden, van Van Dijkcs tot Rembrandts en Impressionisten. En dat allemaal in een setting van prachtig versierde zalen, eigenlijk tè mooi. Halverwege gunt Anna ons een koffiepauze van een minuut of 20, die we echt wel kunnen gebruiken, en voort gaat het weer. Als je hier echt van wilt genieten heb je minstens twee dagen nodig, maar we krijgen zo een goede indruk van wat er allemaal te zien is in deze paleizen. Om even voor tweeën wacht Bas ons weer op voor de Hermitage, en gaan we weer naar de Subway. Daar verlaten we de groep, we willen P&N nog even de Kazan-kathedraal laten zien. Dat lukt nog wel even, P. had achteraf ook het Griffioen-bruggetje moeten zien, maar om 4 uur begint onze rondvaart door de stad. Er is nogal wat verwarring over waar die rondvaart precies start, maar we zijn in elk geval op tijd. We varen even op de Neva en zien in de verte de “slagkruiser Aurora” die een grote rol speelde in de staatsgreep (zo wordt de revolutie tegenwoordig genoemd). We varen door de kanalen van de stad, worden gewezen op allerlei gebouwen, o.a. het fort-achtige paleis van Alexander die zo bang was dat hij vermoord zou worden. Het was altijd al in een wat vreemde oranje-gele kleur geschilderd en heet daarom in de volksmond “de abrikoos”. Het is nu het gebouw voor technische studies. Bas wijst ons ook op het wensvogeltje, een klein beeldje van een vogeltje in de kademuur. Als je daar van bovenaf een muntstukje op kunt gooien, gaat je wens uitkomen… Om 6 uur is de vaartocht afgelopen, te weinig tijd om terug te gaan naar het hotel om je te verkleden voor vanavond 8 uur het diner, maar te veel tijd om stuk te slaan. We gaan op zoek naar koffie samen met P&N, en ook vooral op zoek naar ansichtkaarten. De koffie lukt wel, het eerste restaurant is ongeschikt, maar heeft wel koffie, even verderop richting Heilige Bloed-kerk, langs de stallen van de tsaren, waar men nog geen emplooi voor heeft gevonden en die dus langzamerhand uit elkaar vallen, vinden we een prima koffie restaurant, met heerlijke koeken!! Zo gebruiken we de tijd, lopen nog even langs de Bloedkerk, op zoek naar ansichtkaarten, maar nee, niet te vinden, en zijn dus op tijd voor het diner, in folklorestijl.                                                             We kunnen onze tassen bij de garderobe afgeven, en gaan, met z’n vieren maar weer, zitten in een 4 persoons open hokje.. Er speelt al een “orkestje” van naar ik denk 2 of 3 man, maar het blijkt later één gitarist te zijn, met ingeblikte begeleiding, af en toe geholpen door een zangeres die als ze uitgezongen is achter een gordijn verdwijnt. We beginnen aan ons voorgerecht, en op een bepaald moment barst de muziek los, en treden een aantal artiesten op: danseressen, een zanger en een zangeres, in een show van folklore-achtige dansen en liederen. De danseressen zijn volgens Bas professioneel, en daar ziet het ook wel naar uit, zij kunnen weinig werk krijgen vandaar dat ze dit werk doen. Het is een heel leuke avond, aan het eind dansen een aantal medereizigers op de muziek van de gitarist, die weer terug is; Pieter neemt Nel mee, maar ze komen even later terug, want “Nel kan niet meer dansen” zegt Pieter, en Nel zegt: “ Pieter kan niet dansen” dan neem ik Nel mee voor een dansje. Ze vraagt me: kun jij wel dansen Jan”, en dat laat ik haar dan dus even ervaren: ze lacht hardop en vrolijk, zo als ik haar de hele reis nog niet heb meegemaakt. Ik merk wel dat ik haar geen tijd moet geven om na te denken, dan struikelen we alletwee, maar ik neem haar gewoon mee, en geef haar geen tijd om na te denken. Dan is de avond afgelopen, we gaan naar buiten, het is op straat enorm druk, we gaan in de groep mee naar het metrostation. Als we bij het hotel zijn gaan we snel naar boven, morgenvroeg gaan we met de boot naar de Peterhof en ’s middags terug naar Toila.

Zondag 24 aug. Het regent als we opstaan, maar later wordt het droog. Vandaag rijden we met de bus naar de oever van de Neva, waar we in een boot stappen die ons naar de Peterhof brengt. Het is een draagvleugelboot die ons supersnel brengt naar de steiger bij de Peterhof: het buiten van Peter de Grote dat hij liet bouwen aan de Finse Golf op ruim 35 km. afstand van de stad. Het is een enorm bouwwerk, vooral beroemd vanwege de tuin, die vol staat met fonteinen. De belangrijkste fontein is het laagste deel van de cascade, waar het water van het hoogste naar het laagste terras loopt. In het midden ervoor is een klein vijvertje waar een groot beeld staat, net als alle figuren in goud, van een man die de bek van een leeuw opentrekt: dit moet Simson zijn, die Rusland verbeeldt, en de leeuw is Zweden, het totaal is de overwinning van Rusland op Zweden. Het geheel begint pas om precies 11 uur te spuiten, de leeuw het eerst en dan langzamerhand het geheel. We maken dit spektakel helemaal mee, we staan er dan ook al om half elf. Daarna wandelen we de tuin grotendeels rond, tot en met het huis(je) waar Peter woonde, toen het paleis gebouwd werd, en dat hij nooit heeft verlaten: hij heeft dus nooit in het paleis gewoond. We houden het op een bepaald moment voor gezien en zoeken de koffie op, en proberen nog eens om ansichtkaarten te kopen. Daarna lopen we naar het parkeerterrein en gaan naar de bus. Met de bus nog een minuut of tien naar het restaurant, waar we lunchen, weer van elkaar gescheiden naar eetkeuze: vis of boeuf stroganoff. Dus zitten A en ik weer gescheiden en zit ik met Joke en Bas van der Plas aan een tafel. Het gesprek loopt vlot, Bas kan goed vertellen.                              Zoals gewoonlijk haalt de bediening je lege bordje meteen weg als het leeg is. De boeuf bevat in tegenstelling tot een vorige keer echt wel vlees, de wijn is lekker, het toetje heerlijk. Daarna gaan we ècht op weg naar Estland. De reis verloopt vlotter dan de heenweg, het is goed weer, Bas stapt uit in Narva waar hij woont, en wij komen uiteindelijk om en uur of vier bij onze campers aan. We drinken nog even thee buiten in de zon, maar later gaat het regenen. Dat slaapt wel lekker, maar belooft niet veel goeds.      

Maandag 25 aug.

Gisteravond begon het al te regenen, we keken op de weersvoorspelling: ma, di, woe do allemaal regen, donkergrijs tot zwart. Pas vrijdag wordt het wat beter, zaterdag en zondag zon..                                              Maar wij moeten vandaag nog door, kortom : het regent de hele dag, af en toe even droog, maar niet genoeg om de fietsen uit de garage te halen om even te fietsen of een boodschap te doen, laat staan de omgeving te verkennen, of de zee te zien. Die hebben we dus ook niet gezien, hoewel die vlak bij is. A. is de hele dag niet lekker, heeft maagpijn,  gaat ook een poos slapen: zou het toch van het water komen? Ik heb ook even wat gerommel in de ingewanden gehad, maar verder niet. Er was het plan van de reisbegeleiders om pannenkoeken te bakken, daar komt nu ook niks van. Uiteindelijk ga ik met P&N naar het buffetdiner in het hotel. Het diner kost bij het buffet €12,-, en (dubbel) glas wijn €6,-. Wel aardig gegeten, maar zeker niet bijzonder.  Nog even lezen en dan naar bed, morgen een rijdag.

Dinsdag 26 aug. Het heeft de hele nacht, voor zover ik dat beleefd heb, geregend. Het paadje naar het douchehok is een beekje geworden, maar goed dat ik in mijn clogs geen sokken heb. V. 09.40. Bij vertrek regent het, af en toe is het even wat minder maar de hele dag wissen de wissers. We kijken even bij het Peipsi meer, bij het dorpje Lohusuu, waar je eigenlijk niet bij kunt komen, want overal staan de huizen tot aan de waterkant. In de regen ziet het er nog triester uit, de afdaling naar het water is modderig, de zwaluwen vliegen ons bijna om de oren om al die muggen die in het moerasachtige land zitten te vangen. Bij warm weer wordt je hier vast massaal aangevallen door de muggen. En nu is het er verlaten, de mensen zitten binnen. Veel later doen we weer een poging om bij het water onze boterhammetjes op te eten, in Kallaste, en daar is warempel een parkeerpleintje met uitzicht over het  water. Het waait er net als vanmorgen hard, flinke golven met witte koppen, in een stromende regen. We eten ons brood, en stappen niet eens uit. Ik doe wel een tukje, maar dat duurt langer dan gepland: ik ben bijna anderhalf uur van de wereld; maar daardoor kan ik de rest van de tocht wel beter afmaken. We rijden langs dorpjes met namen als Nina, Kolkja en Kasepaa, waar je ook door heen zou kunnen rijden, want hier wonen de oud-orthodoxen, die zich in de 17e eeuw al  afgescheiden hebben van de Russische kerk omdat ze de tsaar niet wilden erkennen als hoogste ambtsdrager van de Russisch Orthodoxe kerk. We rijden door Tartu, maar laten het  liggen; een flink grote stad, maar er is niets bekend over bijzonderheden hier. Later horen we van Pieter, die er toevallig kwam om zijn ruitenwissers te laten repareren, dat hier een museum over de ijstijden kortgeleden is geopend. Niet gezien, jammer. We tanken nog een keer en komen om 16.30 aan op het terrein bij een hotel dichtbij het plaatsje Elva. We worden geplaatst aan de zijkant van huisjes, want daar zijn verharde stroken voor auto’s, want het grasveld is te drassig voor de campers door al die regen. We mogen toilet en douche van zo’n huisje gebruiken, en A. zet , in navolging van Elly, er het wasrek neer, want de was van gisteren is nog steeds niet droog. Om 7 uur kunnen we terecht voor het diner, best lekker, hoofd is zalm met aardappelen en een tuintje groente, het toetje een bakje vers fruit. En koffie toe.. We hebben (weer eens) geen tv-ontvangst, maar wel een prima internetverbinding, dus stuur ik een paar mailtjes, en probeer met het verslag de dagen in St.Petersburg in te halen. Afg. 198,7 km. Morgen weer een rijdag.

Woensdag 27 aug. Af en toe wakker geworden van de regen, veel buien. Om half acht gaan we op, volgen ons gewone ritueel, douchen in het huisje en merken een kwartier voor vertrek dat we geen stroom meer hebben… Anderen hebben dat, merken we achteraf, ook niet. Maar we gaan toch zo weg. We stonden met twee campers achter elkaar naast het huisje, en kort nadat onze voorganger weg rijdt, gaan wij ook. We moeten vandaag bij een winkel ergens aan om nieuw water te kopen. Bij de laatste keer waren er geen pakken van 6 flessen, maar alleen maar grote 5 o7 liter-containers; da’s wel iets lastiger, want je moet dan steeds bijvullen. Vertrek in de regen uit Elva om 09.45, P&N zijn wel op maar nog niet zo ver. Het landschap is net als dat van gisteren toch wel weer mooier dan het vlakke land van noord Estland; wat meer heuvels, veel kleine riviertjes, die vol met begroeiing zitten, en af en toe een wat groter huis, dat er goed uit ziet, maar het merendeel is op zijn minst “slecht onderhouden”. De oorzaak zal geldgebrek zijn, want waar de mensen hier van leven is een raadsel. Bij de kleinere huizen is altijd wel een tuin en een stukje landbouwgrond, om voedsel te verbouwen, maar verder… We rijden via Valga, aan de grens tussen Estland en Letland verder. We zien een grote Selver winkel en daar stoppen we voor water en meer. En dat meer is natuurlijk altijd meer dan we zouden kopen. We drinken er koffie, zetten Snoepie de navigatrice aan en die brengt ons via allerlei buitenwegen naar de grens. En onmiddellijk is merkbaar dat we Estland hebben verlaten: de wegen zijn meteen slechter. Ik rij nu maximaal 70-75 km, anders schudt de boel uit elkaar. En nog steeds en alwéér regent het. We worden vervolgens langs een rondweg rond Valmiera geleid, en gaan op weg naar Cesis, dat een bijzonder stadje moet zijn. In de lunchpauze hebben we de informatie nog eens gelezen, en vol goede moed rijden we het stadje binnen. We hebben op het kaartje dat al in ons routeboek zat een parkeerplek uitgezocht, maar al gauw zien we een groot terrein waar al een paar campers van medereizigers staan. Daar gaan we naast staan, en trekken de regenjassen aan. Het is een beetje een droge bui, we lopen met  het kaartje in de hand naar de resten van het oude fort. Mooie tuinen er omheen, mooie bouwval voor een foto. We lopen verder, missen een gothische kerk (als het al de goede is, want wij zien er niets bijzonders) en het regent alweer, gaan terug naar de camper. Onderweg komen we een stel medereizigers tegen die vertellen dat er alweer iemand met pech is; de camper wordt versleept naar een garage in Tallin. Deze deelnemer had al eerder problemen met de motor, en wilde niet naar een garage.. Wij rijden naar onze eindbestemming, en komen voor de tweede keer vandaag in een wegenbouwprojekt: de eerste keer was een omleiding na Valmiera, waarbij we over wegen werden geleid met meer kuilen dan vlakke delen, en nu, na Cesis, wordt één weghelft vervangen. Er moet nog een dikke laag zand en grind worden gestort, dus rijden we over een smalle strook van zand. Even later is op de helling een prachtig stuk weg, maar dat duurt nog geen kilometer, daarna is het weer een echt Letse weg. Even later komen we aan, een ruime camping met te huren huisjes en twee toiletgebouwtjes, maar kleddernat. Ak. op Apalkalns 16.15 u.  Afg. 158 km. Men wil ons op een nieuw zand/grindpad hebben, maar de grond is nog veel te slap en de blokken die ik uit voorzorg achter de achterwielen heb gelegd verdwijnen in  de grond. Pieter komt kijken en stuurt A naar Nel, kan ze daar bijkomen. Ik zet de poten opnieuw uit, blokken bij voor-en achterwielen, en de versnelling in z’n één. We kunnen niet naar beneden rollen in het meer.. Oma eten maken, ik doe de afwas en verslag bijwerken. En voor het eerst weer tv: het journaal.

Donderdag 28 aug. Een vrije dag, om bijv. aan watersport te doen. De enige watersport is luisteren naar de regen en nat worden, het regent ’s ochtends vroeg nog enorm, en af en toe is het even droog. Dat gaat de hele ochtend zo door, maar omdat er hier een wasmachine èn een droger staan laat A. zich toch verleiden tot een wasmachine. Om drie uur is de eerste was droog en opgeruimd, de wasmachine is echter nog bezet door de was van het stel-met-pech, gesleept naar de garage in Riga, en vanmiddag teruggekomen. Het was een simpele reparatie, gelukkig maar. We moeten dus even wachten met de tweede, witte, was. A. drinkt thee met buurvrouw Atsje, ik zit binnen, helemaal niet erg, om mijn verslag bij te werken.

 

Foto’s

3 Reacties

  1. Janna:
    20 augustus 2014
    In de trein naar Groningen fijn jullie verhalen gelezen. Wat heerlijk dat jullie genieten. Blijf dit doen en kom veilig weer thuis. Dikke kus voor jullie beiden. X
  2. Nynke:
    20 augustus 2014
    Dag lieve wereldreizigers, het klinkt als een fijne reis met veel te zien. Jim hawwe it goed...! Geniet ervan! Kus van mij
  3. Saskia:
    20 augustus 2014
    Dag lieve pap en mam,
    Wat leuk weer om te lezen. Wel een beetje natte boel, maar troost je, het is hier ook volop herfst! Het wordt vast beter.
    Goed dat jullie op Robin's verjaardag uit eten waren, al 11 jaar pake en oma! Robin gaat prima op school, zij (en wij) heel tevreden.
    Hele fijne dagen in St. Petersburg. Geniet er van, met volle teugen! En blijf uit de buurt van die gekke Poetin.
    Dikke kus, Sas